De <quote >Printer-toevoegen-assistent</quote > voor &CUPS; Als u klikt op het meest linkse pictogram van de werkbalk in het bovenste deel van het venster wordt de Printer-toevoegen-assistent gestart. Deze assistent helpt u met een aantal schermen om een nieuwe printer te installeren. Op dit moment werkt de assistent alleen voor &CUPS; en de PLPR-omgevingsmodule. Het aantal stappen dat nodig is hangt af van het afdruksubsysteem dat u hebt ingeschakeld en voor u beschikbaar is. Beginnen Het welkomsscherm vertelt u dat u ieder moment terug kunt gaan om een instelling te wijzigen. Het introductiescherm van de &tdeprint;-assistent Het introductiescherm van de printerassistent Backend-selectie Kies het backend-protocol dat &CUPS; moet gebruiken voor uw nieuwe printer. U hebt de volgende mogelijkheden: Lokale printer (parallel, serieel, USB) LPD-wachtrij op afstand SMB-gedeelde printer (&Windows;) Netwerkprinter (TCP, &HP;, JetDirect, AppSocket) Netwerkprinter met &IPP; (&IPP;/HTTP) Bestandsprinter Seriële fax/modemprinter Printerklassen De opties die uitgeschakeld zijn zijn niet beschikbaar. Er kan bijvoorbeeld geen software voor fax-backend aanwezig zijn, of er is geen modem geïnstalleerd. Uw printersysteem kiezen Uw printersysteem kiezen Netwerkinstellingen De inhoud van het volgende scherm is afhankelijk van uw zojuist gemaakte keuze. Als u de details kent, vul deze dan in om uw netwerkinstellingen direct te configureren. In andere gevallen zal de assistent het netwerk scannen en u zo helpen om te beslissen welke instelling juist kan zijn. Netwerkscan-assistent van &tdeprint; In de &tdeprint;-assistent kunt u de netwerkdetails direct invoeren, maar u kunt het netwerk ook automatisch laten scannen. Informatieopvraag door het scannen van het netwerk Wanneer u één van de netwerkverbindingen gebruikt (LPD op afstand, SMP, &CUPS; op afstand of netwerkprinter met &IPP;), heeft u de mogelijkheid om het netwerk te scannen. Wees voorzichtig met deze functie, in sommige omgevingen wordt het scannen van het netwerk als vijandig en schadelijk beschouwd! Als u de netwerkverbinding SMB gebruikt, zal &tdeprint; de Samba-hulpmiddelen nmblookup en smbclient gebruiken om de informatie op te vragen die gepresenteerd worden in een boomstructuur. Deze hulpmiddelen moeten hiervoor wel geïnstalleerd zijn. Als u &IPP; (poort 631) of TCP Network/AppSocket (poort 9100) gebruikt, dan zal &tdeprint; proberen om de poort te openen en vervolgens - als dat gelukt is - de aanvraag ipp-get-printer-attribute naar de printer sturen. Voor nieuwere &HP;-printers zal normaliter het laatste werken omdat die zowel Appsocket als &IPP; ondersteunen. Enkele printers en/of fabrikanten gebruiken andere poortnummers voor direct afdrukken met TCP/IP. Als dat zo is, moet u zelf opzoeken welke u dient te gebruiken. Door op de knop Instellingen te klikken in het dialoogvenster kunt u uw scan instellen, inclusief de te gebruiken IP-adressen, poorten en wachttijd. Nogmaals: zorg ervoor dat u niet beschouwd wordt als een indringer op uw netwerk als u de scantechniek gebruikt. De assistent netwerkconfiguratie van &tdeprint; In de &tdeprint;-assistent kunt u de parameters invullen die de assistent nodig heeft om delen van uw netwerk te scannen. Printermodel selecteren Het moeilijkste gedeelte is waarschijnlijk het selecteren van uw printermodel. Voorheen was het lastig om stuurprogramma's voor uw printer te vinden omdat er vrijwel geen waren. Tegenwoordig is het andersom, nu zijn er teveel stuurprogramma's beschikbaar. Sommige ervan zijn erg goed, anderen zijn juist onbruikbaar. Als u een recente database met beschikbare stuurprogramma's op uw systeem hebt, selecteer dan eerst in het linker deel de fabrikant, en vervolgens in het rechter deel het printermodel. Dit gesplitste venster toont alle &PPD; die door &CUPS; zijn gevonden in zijn standaardmap. Dit is normaliter /usr/share/cups/model/. Als u wilt dat uw stuurprogramma automatisch door &CUPS; en &tdeprint; gevonden wordt, plaats deze dan in die map. Stuurprogrammaselectie In het volgende venster ziet u een beschrijving van het stuurprogramma dat u zojuist hebt gekozen. De beschrijving komt van de gebruikte &PPD;. Probeer voor een echte &PostScript;-printer nooit een Foomatic- of Gimp-Print-&PPD; te installeren, ook niet als u die erbij krijgt. U zult er niet blij mee worden. Zoek in plaats daarvan de originele &PPD; op van de fabrikant, het lieftst degene geschreven voor &Windows; NT. Enkele &Linux;-distributies leveren voor &CUPS; elke mogelijke combinatie van Ghostscript-filters en foomatic &PPD;-bestanden die ze konden vinden. Veel van deze filters en bestanden zijn niet echt bruikbaar; ze waren een jaar geleden gemaakt, toen mensen op www.linuxprinting.org voor het eerst begonnen te experimenteren om &PPD;'s voor &CUPS; van derden te leveren. Hoewel ze destijds als Alfa werden aangemerkt zijn ze een eigen leven gaan leiden en kan men ze nu terugvinden op verschillende plaatsen op internet, waarbij &CUPS; geen gunst wordt gedaan. Als u niet weet welke u moet gebruiken, ga dan naar: http://www.linuxprinting.org http://www.cups.org En vraag daar om hulp. Over een tijdje zal er een document komen dat gedetailleerd de verschillen tussen de verschillende stuurprogramma's en &PPD;-modellen beschrijft op http://tdeprint.sourceforge.net/. Houd dat in de gaten! Met de knop Andere... kunt u elke andere &PPD; opvragen die ergens anders op uw beschikbare bestandssysteem staat. De printer testen en de juiste instellingen selecteren U kunt nu uw eerste stuurprogrammainstellingen kiezen. Het belangrijkste is de standaard papiergrootte. In veel gevallen is dit ingesteld op Letter. Als u in een A4-land woont (zoals Nederland en België) en u wilt dat uw eerste testpagina er mooi uitziet, zult u dit nu moeten veranderen. U kunt nu een proefafdruk maken. Klik op de knop Testen. Eindelijk: uw nieuwe printer dopen In het laatste scherm geeft u een naam aan uw nieuwe printer. De naam moet beginnen met een letter en kan verder cijfers en underscores bevatten met een maximum van 128 lettertekens. Als u zich hieraan houdt voorkomt u onjuist gedrag van de &CUPS;-daemon. In &CUPS; zijn de printernamen niet hoofdlettergevoelig! Dat komt doordat &IPP; dat eist. Dus DANKA_infotec, Danka_Infotec en danka_infotec zijn allemaal hetzelfde. Het bevestigingsscherm